uitleg:

ijscontrole – ijwc

prikstok

verkennen

ijsdiktes en vertrouwd

aandachtspunten waarom ijsvloer zomaar kan veranderen

tips voor door het ijs zakken

verschillende spullen om mee te nemen

Gevaarlijke plekken

Ook al worden er overal tochten op natuurijs uitgeschreven, blijf oppassen voor de volgende gevaarlijke plekken!

  • IJs langs rietkanten, bij waterplanten en overhangende takken
  • IJs bij bruggen
  • IJs aan de walkant (in het bijzonder de zonkant)
  • IJs in vaargeulen, brede vaarten en grote meren
  • IJs in waters met waterinstroom (bemaling, lozing afvalwater) of onderstroom (kruispunt van waterwegen, overgang van breed naar smal water)
  • IJsschotsen en kistwerking
  • Een verandering van kleur van het ijs
  • Windwakken en eendenwakken
  • Sneeuw op het ijs

Veilige plekken

Wie voor veiligheid kiest, schaatst op natuurijs op ondiep en/of smal water:

  • Uiterwaarden (en andere ondergelopen stukken land)
  • Ondiepe bosvennen
  • Landijsbanen
  • Smalle boerensloten

IJssoorten

Zwart ijs

Zwart ijs ontstaat aan het begin van een vorstperiode tijdens windstille nachten. Het is spiegelglad en sterk. Doordat het zo helder is als glas kijk je er makkelijk doorheen zie je soms de bodem. Het ijs lijkt daardoor erg donker. Zwartijs!

ankerijs

Grondijs / Pannekoekijs

Grondijs onstaat in niet al te diep, beweeglijk water na een snelle vorstinval. Bij de bodem bevinden zich koude waterbellen. Deze zijn lichter dan water (van 4 °) en stijgen op naar het oppervlakte. Daar spreidt een bel zich uit en vormt een ronde schijf als een pannenkoek. Deze pannenkoeken vriezen vervolgens aan elkaar. Hiermee kan een meer tamelijk plotseling dichtvriezen.

ankerijs

Dubbeltjesijs

Planten en bodem produceren belletjes die in het ijs blijven hangen. Het ijs komt vooral voor op natuurijsbanen die net onder water staan en in moerassige gebieden.

ankerijs

Kwalster

Zacht ijs met een gelige kleur. Oneffen ijs dat ontstaat bij temperaturen rond het vriespunt. Toegestroomd water, restjes sneeuw en hagel maken het oneffen en slecht schaatsijs. De smurrie bevriest en ijzers van de schaatsen zakken er diep in weg.

ankerijs

Balkenijs

IJzersterk ijs, alsof er balken onder zitten. Of: scheuren in dik, zwart ijs. Dat zijn de spanningen in en onder de keiharde korst die resulteren in kriskras lopende barsten. Typische geluiden daarbij zijn het geknal en gescheur, maar dat betekent wel goed schaatsijs.

Ribbelijs

IJs dat met veel wind op een groot wateroppervlak ontstaat. Het water spoelt ribbeltjes en golfjes op het ijs en deze komt vaak op grote stukken voor.

Bomijs

IJs dat niet op het water rust, maar aan de walkant hangt. Ontstaat bijvoorbeeld in gebieden waar wordt bemalen. Het ijs heeft geen draagkracht waardoor iemand er zo doortrapt.

Elfstedenijs

15 cm dik.

Kruiend ijs

Als aan het einde van een vorstperiode harde wind vat op het ijs krijgt gaat dit kruien. Boven meren of andere grote wateroppervlakken, zoals het IJsselmeer of de Waddenzee, komen dan enorme ijsvelden in beweging. De ijsplakken worden in de richting van de wind over een grote afstand geduwd. Bij de wal worden deze schotsen met grote kracht over elkaar heen geduwd. Onderstaande foto genomen bij Hindeloopen toont hoe hoog deze ijsbergen kunnen worden. Het duurt weken voordat deze helemaal gesmolten zijn.

kruiend ijs

Landijs

ijs op ondergelopen land.

Slopijs

Kapot gevaren ijs in een vaargeul. Bij flinke vorst vriezen de brokken weer aan elkaar. Maar schaatsen is onmogelijk.

ankerijs

Sneeuwijs

Door smeltende ijs ontstaat een laagje water op het ijs dat de sneeuw erop vochtig maakt. Sneeuw werkt als een spons en ‘zuigt’ dit water op. Wanneer dit later weer bevriest, zit er nog altijd lucht in het nieuwgevormde ijs, waardoor dit ijs niet sterk is en een witte kleur krijgt. Dit wordt ‘sneeuwijs’ genoemd en het kan zeer gevaarlijk zijn, omdat het heel makkelijk breekt en totaal geen gewicht kan dragen.

ankerijs

Altijd meenemen!

Neem altijd een veiligheidsset (ijspriem en werpkoord) en isolatiedeken mee. De veiligheidsset bestaat uit een ijspriem en een werpkoord. De set weegt slechts 120 gram en is zeer compact. De ijspriem wordt om de nek gedragen en is afgeschermd om bij valpartijen verwondingen te voorkomen. Het werpkoord is door zijn flexibele handvat gemakkelijk in een broek of jas mee te nemen.Zo kunt u uzelf en anderen redden uit een wak en onderkoeling voorkomen. Neem dus altijd de veiligheidsset mee het natuurijs op!

Door het ijs gezakt / in een wak gereden

U ligt in een wak en heeft de veiligheidsset in uw bezit:
Sla de priem in het ijs zo ver mogelijk van u weg. Hetzelfde ijs waar u doorheen zakt is in het horizontale vlak voldoende sterk. U glijdt gemakkelijk (u bent nat, het ijs is nat) en hoeft uzelf niet echt omhoog te trekken. Daarom is er maar weinig kracht nodig om uit het wak te komen. In de eerste haal trekt u uzelf tot op de middel op het ijs. Met een tweede haal bent u ver genoeg om verder van het wak weg te rollen.
U ligt in een wak, maar heeft geen veiligheidsset:
Probeer de rand van het wak stuk te maken in de richting van de walkant. Als het ijs niet meer afbreekt, ga dan met de rug tegen de ijsrand liggen, zet met de voeten af op de tegenoverliggende ijsrand en schuif zo het ijs op. Probeer anders borstlings om de lengteas op het ijs te rollen.
Een ander ligt in het wak en u heeft de veiligheidsset:
Werp het werpkoord naar het slachtoffer en trek hem uit het wak. Blijf hierbij op uw eigen veiligheid letten.
Een ander ligt in het wak en u heeft geen veiligheidsset:
Let altijd op uw eigen veiligheid. Gebruik een touw, plank of ladder om het slachtoffer uit het wak te laten klimmen. Heeft u geen touw, plank of ladder bij de hand, probeer dan liggend naar het wak te schuiven. Zo wordt de druk verdeeld over het ijs. Help vervolgens het slachtoffer op het “droge” te komen.
Door het ijs gezakt / onder het ijs geraakt:

Let op het kleurverschil in het ijs. Ligt er sneeuw op het ijs, zoek dan naar de lichte plek. Is het ijs schoon, zoek dan naar de donkere plek. Dit zijn de zwakke / open plekken in het ijs. Zie hierboven hoe u uit het wak kunt geraken.

Onderkoeling

Bij nat worden dreigt het gevaar van onderkoeling. Dit merkt u aan: rillen, lusteloosheid, verwarde spraak, moeilijkheden met helder denken, coördinatieverlies, geen zin meer om te bewegen.

Dus: blijf bewegen, trek zo snel mogelijk droge kleren aan, doe een warme (isolatie)deken om, neem een warm bad of verwarm u aan lichaamswarmte van anderen!

Bevroren ledematen

Bevriezingsverschijnselen zijn:

hard, gevoelloos en ijskoud gevoel in ledematen
blauwachtig, witte kleur van ledematen
bewegen van ledematen wordt pijnlijk en moeilijk
blaarvorming op ledematen

Fryslân telt 22 ijswegencentrales die verenigd zijn in de Friesche IJsbond. De Friesche IJsbond behartigt, namens deze 22 ijswegencentrales, de belangen van het schaatsen op natuurijs in Fryslân. Zo werkt zij in een periode van (aankomende) vorst samen met Wetterskip Fryslân, provincie Fryslân, Rijkswaterstaat en Piet Paulusma om de aangroei van ijs zo veel als mogelijk te bevorderen.

Ook wanneer het niet vriest, springt de Friesche IJsbond op de bres voor de schaatssport. Zo wordt er bijvoorbeeld bij de aanleg van nieuwe bruggen gewezen op mogelijke klúnvoorzieningen en wordt er samen met de Veiligheidsregio gekeken hoe tijdens ijsperiodes om te gaan met de veiligheid. Daarnaast stimuleert de Friesche IJsbond de kennisuitwisseling tussen de ijswegencentrales en biedt zij de cursus ijsmeester aan.

De Friesche IJsbond is opgericht op 13 maart 1886. Ruim 130 jaar geleden was het in Nederland de eerste toeristische schaatsbond. De bond sprong in de eerste decennia vooral in de bres als belangenbehartiger van alle ijsgebruikers. We hebben het dan over de tijd waarin ijswegen nog gebruikt werden om goederen te vervoeren, of om ‘gewoon’ per schaats familie te bezoeken. In de begin jaren streed de bond tegen machtige vijanden: de afstroming van overtollig boezemwater, waardoor de ijsvorming belemmerde, en het groeiend aantal stoomboten, die het ijs vernielden.  Later werd de Friesche IJsbond de club voor ijsminnend Fryslân. Nog steeds is er aandacht voor het afstromen van water en het varen door ijs. Want de steeds korter wordende vorstperiodes willen we optimaal benutten om te doen waar ons hart ligt: schaatsen op natuurijs!